Het Nederlandse Kooikerhondje

Kooikerhondjes behoren tot een oud, Nederlands ras. Op oude schilderijen werden al kleine spaniels afgebeeld, die veel op de huidige kooiker leken. Mevrouw M.C.S. Baronesse van Hardenbroek van Ammerstol heeft veel gedaan om het bijna uitgestorven ras te behouden en op te bouwen. Het teefje Tommie, uit Friesland, wordt als stammoeder van de naoorlogse Kooikerhond gezien.

De vereniging "Het Nederlandse Kooikerhondje" werd opgericht in 1967. Van huis uit is het kooikerhondje een werkhond: assistent van de kooibaas. Daarnaast is hij bewaker van huis en erf. Het kooikerhondje heeft een harmonische bouw, oranjeroodkleurige platen op een witte ondergrond en de beharing en bevedering zijn middelmatig lang en aansluitend. Hij is levendig en vrolijk en gemakkelijk te onderhouden.

Alhoewel hij er uit ziet als een gezellig huishondje is dat niet zo. Hij is niet altijd kindvriendelijk en kinderen zouden 7 of 8 jaar moeten zijn voordat de familie voor dit ras kiest. Ook heeft het kooikerhondje een enigszins strakke opvatting over eigen terrein en "discussieert" dan ook graag met andere katten en honden. Een wandeling met dit ras kan men beter niet aan kleine kinderen toevertrouwen. Kooikers kan men het best met 7 a 8 weken uit een nest halen, dan kunnen ze goed aan hun omgeving wennen, socialiseren ze goed en worden ze niet bang of onzeker. Hij is gevoelig voor lawaai en harde woorden. Hij is geen allemansvriend, maar heeft hij iemand geaccepteerd dan zal hij deze ten alle tijde enthousiast begroeten.
Inlichtingen: Secretariaat
J.H. Sanders, Kerkstraat 28, 5301 EJ Zaltbommel, tel 0418-514766